Door: Pauline Van Daele, July De Wilde, Ellen Van Praet, Katrijn Maryns en Kaat Van Bosstraeten
Hoe vertel je een Iraanse vrouw dat de pil geen bescherming biedt tegen infecties? Hoe kan een Syrisch koppel zich voorbereiden op een bevalling in België? Of hoe vertel je een Afghaanse man dat mensen van hetzelfde geslacht in België kunnen huwen? De communicatie met anderstalige migranten over seksualiteit en seksuele gezondheid loopt niet altijd van een leien dakje. Toch is die volgens Sensoa vzw, het Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid, essentieel. Om de kennis van kwetsbare migranten rond seksuele gezondheid te verhogen, lanceerde Sensoa vzw eind 2015 in samenwerking met het Duits Federaal Agentschap voor Gezondheidspromotie BZgA de 14-talige website Zanzu.be. Een onderzoeksteam van de Universiteit Gent evalueert nu of de website haar doel bereikt.
Een reëel probleem
Als kwetsbare migranten beschouwt Sensoa vzw kwetsbare nieuwkomers (in een inburgeringstraject), asielzoekers, mensen zonder wettig verblijf en kwetsbare migranten uit andere EU-landen (voornamelijk Roma). Uit eerder onderzoek van Sensoa blijkt dat cijfers op het vlak van hiv, soa, ongeplande zwangerschap en seksueel geweld bij deze doelgroep een pak hoger liggen dan bij de rest van de bevolking. Vaak ontbreekt het kwetsbare migranten aan basiskennis rond seksuele gezondheid door hun specifieke migratieachtergrond en de taboes die in hun thuisland heersen rond dit thema: ‘For example, me, before, I don’t know how to, if I want to stop having baby, how, what I will do’, zegt een jonge vrouw uit Sudan.
(nog 1977 woorden…)
Meer lezen? Klik hier om het volledige artikel als pdf te downloaden.
Pauline Van Daele, July De Wilde, Ellen Van Praet en Katrijn Maryns zijn verbonden aan de Universiteit Gent.
Kaat Van Bosstraeten is beleidsmedewerker bij Sensoa vzw en coördinator van het Zanzu-project.
e-mail: july.dewilde@ugent.be